Welke flora en fauna?
8. Welke flora en fauna is er?
Het eiland Nusalaut is met een oppervlakte van slechts 36 km2 een heel klein eiland.
Het ligt in een actief zeebevingsgebied en wordt omringd door de diepe Bandazee.
Het heeft een tropisch zeeklimaat. De temperatuur is er gemiddeld 29°.
De hoeveelheid regen hangt sterk af van het jaargetijde, de moessons en hoe de wind waait.
De natte periode is de oostmoesson en de droge periode noemt men de westmoesson.
Deze laatste duurt ongeveer van november tot maart.
Maar ook tijdens de droge periode kan het er flink plenzen.
De kern van het eiland wordt gevormd door rijk begroeide rotsen, de grond bestaat uit vulkanisch gesteente dat het grootste deel van het oppervlak van het eiland bedekt.
Aan de kust liggen verhoogde koraalriffen en afgesleten koraalzand aan de binnenkant van de baai.
De hoogste top is de Rusisina-berg in het zuiden met een hoogte van 342 meter.
Het Lawakano gebergte ligt in het midden van het eiland, met een hoogte van ca. 300 meter.
Doordat de bergen niet zo hoog zijn op het eiland, zijn er wel beekjes maar geen grote rivieren.
De 24 kilometer lange kuststrook is omgeven door ondiepe baaien (de tandjung-tandjung), die bruisen van leven.
De zanderige zeebodem, vooral bij het dorp Ameth, is een schatkamer voor schelpenverzamelaars en duikers naar koraal en tropische vissen.
Duikers kunnen oog in oog komen te staan met kreeften, morenen, haaien en diverse rifvissen.
Vissers vangen vooral zaagbaars, tonijn en makreel.
Naast de schoonheid van de baaien van het eiland, zijn er op verschillende punten ook warmwaterbronnen.
De eerste warmwaterbron bevindt zich aan de kust, met meerdere warmwaterpunten, terwijl de tweede bron zich in het binnenland bevindt in de rivier bij Nahalia.
Daar zijn vier douches gemaakt die door de bevolking worden gebruikt om te baden.
De temperatuur van de belangrijkste bron, de 'Air Panas Besar' bij Nalahia is zelfs 66° Celsius!
Waterbronnen zijn afkomstig van rivierwater, bronnen, uitgegraven putten en kwelwater bij laag water.
Er zijn ook plaatsen, zoals bubbelbaden in de rivier, die door mensen kunnen worden gebruikt om te baden als ze terugkeren uit de tuin.
Afbeelding: Air Panas Nalahia. Foto Enda Lesnussa.
Afbeelding: Oude kaart van Nusalaut met haar bergen (Gunung), rivieren, en baaien (Tanjung)
Specerijen
De Molukken zijn al van oudsher bekend als de specerijeilanden.
Zoals Banda vroeger het middelpunt van de Nootmuskaatcultuur was, zo waren de kruidnagelen (cengkeh of tjengkèh) tot het einde 18de eeuw alleen op Ambon en de Lease-eilanden te vinden.
Op Nusalaut groeien nu nog steeds volop kruidnagelbomen, evenals nootmuskaat en foelie (pala), kaneel (kaju manis) en sagopalmen (pohon sagu).
Deze laatste boom levert naast het sagomeel (sagu) voor o.a. de papeda, ook nog bouwmateriaal voor de huizen, zoals atap en gaba-gaba. (Dit zijn delen van de bladeren waar men daken en wanden van vlecht).
Meer weten over deze specerijen? Hier vind je veel informatie!
Vruchten
Vruchten zoals mango, durian, kelapa mudah (jonge kokos), sukun (broodboomvruchten) en papaya kom je ook overal tegen.
Van de laatste worden zowel de vrucht, de bloemen als de bladeren gegeten.